Conservatorium A’dam: ‘Klaar voor een vruchtbare carrière’


Afgelopen maand bestond de opleiding Pop aan het Conservatorium van Amsterdam 20 jaar. De afgelopen twee decennia was het de wieg voor heel veel succesvolle Nederlandse muzikanten en bands. Oprichter, coördinator, docent en gitarist Jack Pisters: “Een van de hoogtepunten was wel het moment dat er zeven groepen uit onze opleiding op Pinkpop stonden.”

Ieder jaar worden er zo’n 27 studenten aangenomen op de Popopleiding van het Conservatorium van Amsterdam. De bachelor telt ongeveer 150 studenten Pop, AEMA en de master Pop. De school is gehuisvest in de creatieve muziekhub Q-Factory en stoomt studenten klaar voor een langdurige en vooral vruchtbare ­carrière in de muziekindustrie. De drijvende kracht en de man achter de professionele opleiding is gitarist Jack Pisters. Voor zijn werk op de popopleiding speelde hij onder meer bij Anouk, Avalon en Soylent Green. Hij kent de muziekbranche dus van twee kanten. Zijn ambitie is om leerlingen met een schat aan diverse ervaringen en kennis voor te bereiden op een leven in de muziek­industrie.

Hoe kom je als rocker terecht op een muziekopleiding?

“Op mijn twaalfde ontdekte ik de rockmuziek en belandde ik in verschillende bandjes. Ik deed, na school, eigenlijk niets anders dan gitaar spelen. Ik won ooit de gitaar van Gary Moore en dat was natuurlijk een motivatie om steeds verder te gaan. Ik kreeg steeds vaker de vraag hoe ik bepaalde nummers precies speelde. Ik zocht dat uit en ben begonnen met lesgeven. Op een gegeven moment was ik 17 en had ik een gitaarschool met zo’n 15 leerlingen. Daarna ben ik jazz gaan studeren in Den Haag. Daar heb ik veel geleerd, maar ik begreep niet waarom ik niet kon afstuderen in de muziek die ik zelf tof vond. Daarna ben ik als methodiek-docent terechtgekomen op het Hilversums Conservatorium. Bij de fusie met Amsterdam heb ik het zakelijk programma opgezet en in 2003 de kans gekregen om een eigen afdeling te beginnen. Een plek waar muzikanten van ieder genre terecht kunnen.”

De opleiding bestaat 20 jaar. Had je bij de start het idee dat deze zo succesvol zou zijn?

“De droom was om verschillende muziekstijlen in Nederland te stimuleren. Wij leiden niet alleen op voor die ene Gouden Plaat, maar we willen dat onze studenten straks een leven lang met en in de muziek kunnen werken. We ondersteunen de ontwikkeling van hun eigen identiteit. Zij doorlopen tijdens de opleiding alle stappen die daarvoor nodig zijn. Er zijn de afgelopen 20 jaar zoveel hoogtepunten geweest. Het was bijvoorbeeld fantastisch toen een jaar of acht geleden de grote zaal van Paradiso zes keer werd uitverkocht door een leerling of een band van onze opleiding: DeWolff, Lucas Hamming, My Baby, Tamino en Jungle By Night. Of toen tijdens Pinkpop zeven van onze bands te zien waren. De drummer van Kensington komt hier ook vandaan. Kensington gaf eind vorig jaar hun laatste zes, uitverkochte afscheidsconcerten in de Ziggo Dome. Al deze bijzondere momenten laten zien dat de opleiding volwassen en succesvol is.”

Hoe belangrijk is de standplaats Q-Factory geweest?

“Dit is een fantastisch gebouw waar veel creatieve muziekbedrijven zitten en waar we elkaar tegen komen. Artiesten lopen hier gewoon rond en de zalen worden door zowel nationale als internationale sterren gebruikt om te repeteren. Leerlingen staan dan voor de deur te kijken of ze iets op kunnen vangen. Daarnaast worden hier ook live-shows gegeven en het is fijn om letterlijk in het werkveld te staan. We zitten hier echt op onze plek.”

Tijdens Haarlem Vinyl Festival traden in de foyer van PHIL bandjes op van het conservatorium. Werken jullie vaker samen met podia of events?

“We hebben in coronatijd idioot veel gehad aan Melkweg en Paradiso. Je merkt dat grote podia in heel Nederland tegenwoordig heel positief meekijken met wat we hier doen. Dat was vroeger anders. Popmuziek op een conservatorium dat zie ik niet gebeuren, kreeg ik toen vaak te horen. Dat is nu compleet anders. Vijf jaar geleden zijn we begonnen met elektronische muziek en zijn er inmiddels ook fijne connecties met bijvoorbeeld ADE en labels ontstaan. We organiseren in de vier studiejaren zo’n veertig liveoptredens van en met onze studenten. Daar komen ook altijd bookers en programmeurs op af. Een hele hoop optredens regelen de leerlingen zelf. Het resultaat is dat ze bijvoorbeeld voor goed gevulde zalen in Melkweg, Paradiso, Bitterzoet of Cinetol kunnen optreden. Bij Noorderslag zijn er overigens ook altijd wel bandjes van de opleiding opgenomen in de officiële programmering. Een ander belangrijk onderdeel om live meters te maken is natuurlijk de Popronde. Een fantastische partner, die het ieder jaar weer mogelijk maakt dat er hier bandjes zijn die 30 keer spelen. We worden soms weleens ‘hofleverancier’ genoemd.”

Wat zijn je ambities?

“De ambitie van de opleiding was om alle soorten muziek een plaats te geven zodat bands en artiesten kunnen rijpen. Dat is heel veel keren goed gegaan en daardoor zijn er veel geslaagde en succesvolle bands ontstaan.  Alle successen die hier vandaan komen, zijn echter niet in een dag ontstaan. Ik hoop dat iedereen hier, maar ook binnen de industrie, de tijd blijft nemen. Zeker in deze vluchtige tijd, waar alles snel moet. De Popopleiding blijft zich daar hard voor maken om er zo voor te zorgen dat hier ook de komende twintig jaar en hopelijk daarna heel mooie muziek vandaan blijft komen.”

Het bericht Conservatorium A’dam: ‘Klaar voor een vruchtbare carrière’ verscheen eerst op Entertainment Business.



Bron weergeven